Heb je een onderwijsvraagstuk waar je als school of opleiding maar niet aan toekomt? Gebruik dan de frisse blik en academische denkkracht van derdejaarsstudenten Pedagogische- en Onderwijswetenschappen van de Erasmus Universiteit Rotterdam. Zij zetten zich een half jaar lang in om vraagstukken te onderzoeken, uit te werken en te vertalen naar concrete oplossingen.

Met de Onderwijsboost wil de universiteit studenten de kans bieden concreet bij te dragen aan de Rotterdamse onderwijspraktijk.  Studenten brengen niet alleen een frisse blik en extra capaciteit mee, maar ook een stevige wetenschappelijke onderbouwing. Met dit initiatief van het samenwerkingsverband VO-HO Rotterdam kunnen VO-scholen profiteren van een unieke combinatie van praktijkgericht werken en academische verdieping.

Sanne van Herpen (universitair docent) en Marieke Meeuwisse (hoogleraar en bachelor programmadirecteur) van de opleiding Pedagogische Wetenschappen, Erasmus Universiteit Rotterdam en Anniek van Dijk (beleidsadviseur bij SARO, netwerk vo-scholen Rotterdam e.o.) vertellen over de mogelijkheden en kansen.

Wat is de Onderwijsboost precies?

Sanne: “Studenten werken in groepjes van drie een half jaar lang aan een praktijkvraagstuk in het onderwijs. In die periode analyseren ze het vraagstuk van de school, spreken ze met docenten en leerlingen, verdiepen ze zich in onderzoek en werken ze toe naar een oplossing die gebaseerd is wetenschappelijke inzichten.”

Marieke: “In deze uren moeten studenten ook colloquiumpunten halen en community service activiteiten verrichten. Het eindproduct kan heel verschillend zijn: een lessenreeks, een implementatieplan, een beleidsadvies of bijvoorbeeld een infographic. Daarnaast schrijft iedere student individueel een wetenschappelijke reflectie op het proces en de gemaakte keuzes.”

Hoe is dit initiatief ontstaan?

Marieke: “In ons vernieuwde bachelor curriculum hebben we de afstudeerfase volledig opnieuw vormgegeven. Voorheen liepen studenten een praktijkstage waar wij als opleiding slechts aan de zijlijn betrokken waren, en schreven zij een scriptie. De scriptie was vaak een literatuuronderzoek, wat geen recht doet aan de diversiteit en complexiteit van vraagstukken die onze studenten binnen de Pedagogische Wetenschappen bestuderen.

Bij de herziening van het curriculum kregen we nadrukkelijk het advies om creatiever en meer ‘out-of-the-box’ te kijken naar de afstudeerfase. We willen studenten de kans geven om in de praktijk het verschil te maken en tegelijkertijd laten zien welke waarde onze studenten voor scholen en andere praktijkpartners hebben.”

Wat voor vragen kunnen scholen inbrengen?

Sanne: “Dat kan van alles zijn: een LOB-leerlijn beter vormgeven, nieuw ontwikkelde apps goed invoeren, het taalonderwijs versterken of studiekeuzeprocessen slimmer inrichten. Ook kan een school ons vragen om in kaart te brengen wat er in de wetenschap bekend is over een bepaald thema.”

Anniek: “Het gaat altijd om vraagstukken die toekomstgericht zijn en waar de school echt mee verder kan. Het mooie is dat studenten de tijd nemen om dit grondig uit te werken. Ze brengen hun kennis én nieuwe ideeën mee. Studenten helpen je om vraagstukken verder te brengen waar je zelf niet aan toekomt.”

Wat levert het scholen concreet op?

Marieke: “Het levert altijd een wetenschappelijk onderbouwd en professioneel uitgewerkt product op dat direct bruikbaar is. Denk aan een beleidsadvies, een lessenreeks, een implementatieplan of een overzicht van de huidige stand van de wetenschap.”

Anniek: “Misschien nog belangrijker is dat je drie studenten binnenhaalt die zich een half jaar lang volledig op jouw vraagstuk storten. Dat is tijd en focus die we in scholen vaak missen, en juist daardoor kun je met zo’n Onderwijsboost echt stappen zetten.”

En wat vraagt dit van vo-scholen?

Anniek: “Niet veel, want de inhoudelijke begeleiding ligt bij de universiteit. Van scholen vragen we alleen een contactpersoon die de studenten wegwijs maakt en aanspreekpunt is voor praktische zaken, zoals toegang krijgen tot de juiste gegevens of materialen binnen de school.”

Waar zit voor jullie de uitdaging?

Sanne: “Het spannendste is dat studenten altijd wetenschappelijk onderbouwd moeten werken. Soms wil een school een aanpak die volgens de literatuur niet verstandig is. Dan moet je het gesprek voeren. Dat kan spannend zijn, maar juist in die uitwisseling zit de waarde van dit initiatief.”

Anniek: “Omdat het de eerste keer is, pionieren we met elkaar. Maar dat maakt het ook interessant: we leren gaandeweg hoe we het steeds beter kunnen vormgeven.”

Hoeveel projecten starten er dit jaar?

Marieke: “We beginnen dit jaar met vijf à zes groepjes. Dat betekent dat in totaal zo’n vijftien tot achttien studenten zich een half jaar lang inzetten voor vraagstukken in scholen.  

Sanne: “Dit wordt een vast onderdeel van ons bachelorprogramma. Elk jaar opnieuw gaan studenten hiermee aan de slag. Daardoor kunnen scholen ook kiezen voor grotere projecten die meerdere jaren lopen: het eerste studententeam legt de basis, het volgende studententeam bouwt verder.”

En wat leren de studenten zelf?

Marieke: “Ze ontdekken dat hun theoretische kennis van waarde is in de praktijk, dat ze echt verschil kunnen maken en dat het onderwijs in een grootstedelijke context veel ingewikkelder is dan je uit de boeken leert. Juist die combinatie maakt het zo leerzaam.”

Sanne: “Voor studenten is het een eerste ervaring waarin wetenschap en praktijk samenkomen. Ze dragen bij aan concrete oplossingen. Dat geeft veel motivatie en zelfvertrouwen.”

Waarom nú meedoen?

Anniek: “Omdat je met weinig investering drie gemotiveerde studenten krijgt die zich volledig inzetten voor jouw vraagstuk. Dat is een kans die je niet wilt missen.”

Marieke: “Je haalt frisse energie, wetenschappelijke verdieping en een concreet product binnen dat direct bruikbaar is. We organiseren bovendien een eindsymposium waar de resultaten worden gepresenteerd, zodat kennis gedeeld en gebruikt wordt.”

Sanne: “Dit studiejaar is de eerste keer dat we met de Onderwijsboost werken. Juist nu kun je dus meedenken, meebouwen en vanaf het begin betrokken zijn. Ik hoop dat scholen ervaren dat dit waardevol is en dat we samen een structurele brug slaan tussen wetenschap en de schoolvloer.”

Interesse?

De Onderwijsboost is een kans voor VO-scholen om samen met studenten te werken aan de toekomst van onderwijs. Vraagstukken krijgen nieuwe antwoorden, studenten ontwikkelen zich, en wetenschap en schoolvloer komen dichter bij elkaar. Zie de flyer voor een samenvatting.

Planning

• 31 oktober 2025: definitieve opdrachten vanuit scholen. 
• November: studenten schrijven zich in voor opdrachten.
• December 2025: matching opdrachten scholen en studenten.
• Januari 2026 - juni 2026: inzet studenten op scholen, 630 uur per student

Budget

Onderdeel van afstudeeropdracht, dus geen kosten voor scholen.

Dien je aanvraag in vóór 31 oktober via het aanvraagformulier (invullen duurt ongeveer tien minuten). Of neem contact op met Jorian Waleson  via jorian.waleson@eur.nl voor een vrijblijvend gesprek.